Systeemdenken (1976)

Rubriek: Onderzoek
Door: Johan Bouma

Maatschappelijke vraagstukken rond landgebruik kunnen nooit met alleen bodemkundige expertise worden opgelost. Er is altijd interactie nodig met een groot aantal andere betrokken disciplines: het gaat immers niet alleen om de bodem maar om het hele maatschappelijke systeem waarbinnen die bodem functioneert. Daarbij moet niet alleen gedacht worden aan bv. teeltkundigen, ecologen and hydrologen, maar ook aan economen, sociologen en bestuurskundigen. Vanouds is binnen de bodemkunde het begrip ‘Landevaluatie’ ingevoerd dat aangeeft wat de geschiktheid is van een stuk land (met een bepaalde bodem) voor verschillende gebruiksvormen. Het begrip landevaluatie is echter lange tijd defacto alleen maar door veldbodemkundigen ingevuld terwijl actieve deelname door vertegenwoordigers van andere disciplines noodzakelijk is om een werkelijk geïntegreerde systeembenadering vorm te geven. Het proefschrift van K.J. Beek gaf in 1978 een eerste aanzet tot een systeembenadering van de landevaluatie, gebaseerd op ervaringskennis. De begrippen land characteristics en land qualities werden onder andere geïntroduceerd, die in de context van te definiëren landgebruikssystemen, systematisch werden gerangschikt om te komen tot relatieve geschiktheden voor verschillende gebruiksvormen. Het al eerder in 1976 verschenen FAO Framework for Land Evaluation was gebaseerd op deze inzichten en wordt tot op de dag van vandaag gebruikt in de praktijk. In deze canon wordt daarom het jaar 1976 als bepalend gezien voor het systeemdenken in de bodemkunde.

Er ontstond echter steeds meer noodzaak om kwantitatiever en meer procesmatig te werken. Gebruik van simulatiemodellen kon in die behoefte voorzien. In augustus 1988 werd daarom in Wageningen een congres georganiseerd door de International Soil Science Society (ISSS) rond het thema: ‘Land Qualities in Space and Time’. Twee werkgroepen van de ISSS namen daartoe het initiatief: de werkgroepen MV (Soil and moisture availability in space and time) en LI (Land evaluation information systems). Aan dit congres werden bijdragen geleverd door bodemkundigen, teeltkundigen, milieudeskundigen, informatici en modelleurs, ook vanuit de tropen. De hierboven genoemde integratie van bodemkundige kennis in een groter maatschappelijk systeem kwam op deze manier systematisch en onderbouwd met input vanuit andere disciplines tot stand. De aandacht voor gegevensverzameling in informatiesystemen en gebruik van simulatiemodellen werd in dit congres gefocust op toepassingen op verschillende ruimtelijke schaalniveaus in regio’s en op veldniveau. De besproken simulatiemodellen waren gelieerd aan de door de groep van C.T. de Wit in de jaren ’70 ontwikkelde teeltmodellen via de Stichting SOW (Stichting WereldVoedselVoorziening). Dit congres kreeg een opnieuw door de ISSS werkgroep MV georganiseerd vervolg in 1992 in Cornell University, USA, met: ‘Operational methods to characterize soil behaviour in space and time’ en in 1998 in Wageningen met een internationaal congres rond het thema: ‘Soil and Water Quality at Different Scales’. Dit laatste congres werd georganiseerd door de ISSS working groups MV, pedometrics (PM) en soil pollution (SP). De hier ontwikkelde methoden zijn, mede geïnspireerd door genoemde congressen, uitgebreid toegepast in het internationale bodemkundig onderzoek.

Literatuur

Beek, K.J. 1978. Land Evaluation for Agricultural development. ILRI Publicatie 23. Wageningen. 
Bouma, J., and A.K. Bregt. 1989 (eds). Land Qualities in Space and Time. Proceedings of an ISSS symposium. PUDOC, Wageningen. 352p.
Wagenet, R.J., and J. Bouma (eds.). 1993. Operational methods to characterize soil behaviour in space and time. Special Issue Geoderma. Vol 60:1-360.
FAO, 1976. A framework for land evaluation. Soil Bulletin 32. FAO, Rome.
Finke, P.A., J. Bouma, M.R. Hoosbeek. 1998. Soil and Water Quality at Different Scales. Proceedings of an ISSS workshop. Developments in Plant and Soil Sciences. Vol. 80. Kluwer Academic Publishers. Dordrecht/Boston/London. 324p.